Eredivisie

De ziel van NAC: eerder rauw en rafelig dan polonaise

Op zoek naar de ziel van de achttien Eredivisie-stadions vragen Eredivisie en SANTOS dit seizoen 18 voetbalfans, van een beetje bekend tot heel bekend, wat hun club voor hen betekent. Deze week is NAC aan de beurt, dus vertelde AD-journalist, schrijver, mede founding father van SANTOS en NAC-supporter Sjoerd Mossou nog maar eens over ‘zijn’ NAC. Van ‘trosjes’ tot rauwe voetbalsfeer en een wat kinderachtige bier-obsessie.

Plek in het stadion

“We zitten met een clubje van acht vrienden en twee kinderen op de hoofdtribune, aan de kant van de B-Side. Mijn ouders zitten schuin achter ons, iets hoger. Het is een prettig vak met vaste stoelnummers, je kunt vlak voor tijd binnenlopen, waardoor je op een Avondje NAC niet te vroeg weg hoeft uit café De Bommel (Halstraat) of Cafetaria Schraven (Haagdijk). We zitten niet in een ‘kabaalvak’, de B-Side en Vak G aan beide korte zijden maken het meeste geluid.”

“Maar wat ik mooi vind aan NAC: groepen fanatiekelingen vind je overal in het stadion. ‘Trosjes’ noemen we ze vaak: van die vriendengroepen die verspreid in het stadion opveren, en dan helemaal uit hun plaat gaan tegen de scheidsrechter, of die met de armen gespreid meezingen met B-side. Mijn favoriete vak is F7, op de verder vrij keurige eretribune. Daar zit de harde kern van weleer, inmiddels allang volwassen, maar nog altijd bloedfanatiek.”

Ultiem stadiongeluk

“NEC-thuis, in de finale van de play-offs van 2017. Ik had een hele nacht in de auto gezeten om het te halen, want het was daags na de Europa League-finale van Ajax in Stockholm. NAC werd weggespeeld na rust, NEC kreeg de ene na de andere kans. Tot er iets magisch gebeurde in het stadion. Het publiek stond letterlijk op om het team er doorheen te slepen. Iedereen deed mee, ook op het ereterras en in de skyboxen. 19.000 mensen schreeuwden het elftal overeind, brulden de ploeg naar voren, kopten de ballen als het ware van de doellijn. Het kabaal was overweldigend. En toen maakte Cyriel Dessers ook nog de 1-0, kort voor tijd, compleet onverdiend. Harder dan toen is er in het Rat Verlegh-stadion nooit gejuicht. Een avond om te huilen zo mooi.”

 

NAC, altijd feest

“Dat is het grootste misverstand dat er over NAC bestaat. Deels hebben we dat zelf gecreëerd met de cultivering van het Avondje NAC, of op de spaarzame momenten dat er een zekere schijtlolligheid ontstaat op de tribunes, zoals vorig jaar na die 0-8 tegen Ajax. Maar het is echt onzin dat NAC een club is van altijd carnaval. Integendeel juist, het publiek is superkritisch, NAC is eerder rauw en rafelig dan polonaise.’’

“Dat Ultra-gedoe van ‘zingen om het zingen’ heb je in Breda gelukkig niet. De sfeer is nooit vrijblijvend, de supporters reageren heel nadrukkelijk op wat ze zien in de wedstrijd. Als de wedstrijd slaapverwekkend is, valt het stadion ook stil. Loopt NAC de kantjes eraf, dan krijgen de spelers dat genadeloos te horen. Maar zodra je voelt dat het team steun nodig heeft, is één vonkje al genoeg. Dan gaat iedereen erachter staan.’’

Biertje?

“‘The only thing we fear is running out of beer’, staat er op een spandoek. Goeie tekst, maar ik ben inmiddels wel klaar met dat gelul over bier bij NAC. Een biertje drinken is onderdeel van de clubcultuur, prima, houden zo, maar er wordt de laatste jaren te veel over gepraat door NAC-supporters. Het heeft iets kinderachtigs inmiddels, iets borstklopperigs van ‘kijk ons eens veel bier drinken’. Schei uit. Nou weten we het wel.”

Meest historische NAC-plek

“Er zijn nog steeds NAC-supporters die trouw door de Beatrixstraat naar het huidige stadion fietsen. Mij niet gezien, ik word nog steeds melancholisch van het feit dat het oude stadion weg is. Maar er ligt wel een mooie gedenksteen in de Beatrixstraat. ‘Zoveel jaren lang al is ons NAC – Hier stond NAC-stadion Beatrixstraat 1940-1996’, staat erop. Er zijn concrete plannen om er een kleine lichtmast bij te plaatsen, een kunstwerk als herinnering aan de geboorte van het Avondje NAC. Geweldig idee.’’


De B-Side in het voormalige NAC-stadion in de Beatrixstraat


Alle columns en fotoreportages uit de serie

Samen met SANTOS zijn we op zoek naar de ziel van onze achttien Eredivisie-stadions. Fotograaf Marco Magielse gaat op bezoek bij alle 18 Eredivisieclubs om de beleving in en rondom de stadions in beeld te brengen. Daarnaast vragen we een aantal bekende voetbalfans (van een beetje bekend tot heel bekend) wat hun club nu écht voor hen betekent. Bekijk hieronder alle bijdrages tot nu toe. 

 

Dit artikel delen